"Eén spelletje Mastermind, en dan ga ik naar huis.", dacht Johan vlak voor hij de belcode van zijn beste vriend toepaste op de gemeenschappelijke kotbel.
Kort kort lang lang.
Johan keek op zijn uurwerk en zag tot zijn grote vreugde dat hij precies op tijd was. 22:00:00.
Hij begon al te berekenen wat de kans was dat je net op de minuut op je klok keek (en dat dan nog eens net op het uur), toen plots de voordeur openzwaaide en zijn kameraad hem begroette met een vrolijk "Goedenavond, Johan!".
Ze schudden elkaar de hand en Peter liep hem voor naar zijn kamer.
Zoals afgesproken mocht Johan beginnen met raden (hoewel Johan niet hield van dat woord, raden). Om tijd te winnen had Peter het spel alvast klaargezet en zijn geheime kleurcode geplaatst.
"Wijn of fruitsap?", vroeg Peter.
Johan aarzelde. Het was gisteren al wel vrij bont geweest. Toen hadden ze ook een fles wijn gekraakt met z'n tweëen en was het pas middernacht tegen dat hij in zijn bed lag.
Vanochtend had hij speciaal aan de prof om vijf minuutjes pauze moeten vragen halverwege de les, om even een luchtje te scheppen.
Zijn geweten zei dat hij het beter bij fruitsap kon houden hedenavond. Maar aan de andere kant was hij vanmorgen toch ook in de les geraakt...
Toch maar fruitsap.
Terwijl hij zijn hoofd brak over Peters code begon het buiten te regenen.
Johan was zeer verheugd dat het buiten regende. Hij was al jaren op zoek naar een buit. En nu lagen de buiten voor het grijpen.
Hij zei zijn vriend Peter goeiendag en rende de deur uit. Hij nam zoveel buiten mee als hij kon dragen en ging naar zijn eigen kot. Zijn collectie pijpenstelen gooide hij zonder pardon pardoes de vuilbak in.
Trots als een gieter belde hij zijn moeder op. "Moeder", zei hij, "Ik heb eindelijk de buit gevonden. Meer dan één zelfs!". Zijn moeder was uiteraard ook zeer blij met het nieuws en ze deed een vreugdedansje. Aangezien ze op dat moment aan het winkelen was in de Delhaize, kreeg ze nogal veel bekijks.
Ook Hannes, een verlegen jongen die als bijverdienste rekken vulde, had haar gezien. Hannes was iemand die altijd meteen verliefd werd op willekeurige vrouwen. Tot op vandaag had hij deze gevoelens echter altijd onderdrukt. Meestal ging het namelijk om totaal onbereikbare vrouwen en had het dus ook geen zin om zijn gevoelens kenbaar te maken. Maar deze keer was het anders. Hij voelde een band met deze vrouw. Zij liet haar emoties de vrije loop en dus, zo dacht hij, kon hij het er nu wel eens op wagen om zijn liefde voor deze oude, maar toch nog steeds zeer aantrekkelijke vrouw te laten blijken.
Hij aarzelde slechts twee seconden en stapte toen resoluut op haar af.
-"Mevrouw, ik ben verliefd op u."
-"Ssssht, nu even niet, ik ben aan het bellen!"
-"Maar mevrouw, wat kan er nu belangrijker zijn dan de Liefde?" (hij zei het met een hoofdletter)
-"Mijn zoon heeft net de buit, wat zeg ik, buitén gevonden!"
Ondertussen was ze begonnen aan de twist.
-"Serieus, en wat is die buit dan wel?"
-"Uhmm........................................"
Johan had ondertussen alles kunnen verstaan door de telefoon en begon nu ook na te denken. Tja, wat was die buit eigenlijk? Hij was zodanig overweldigd geweest door het feit dat hij nu de buit had, dat hij vergeten was wat dat voor hem eigenlijk betekende. Was deze buit belangrijker dan de liefde? Hij keek in één van de zakken waar de buiten inzaten. Kortingsbonnen voor de kinepolis.
Ja lap, nu hadden ze hem liggen gehad.
Johan ging nooit naar de bioscoop. Waarom zou hij geld uitgeven aan iets wat hij gratis kon downloaden?
Zo zie je maar, beste lezer, geluk komt niet altijd uit de hemel gevallen. Soms zijn het gewoon waardeloze kortingsbonnen.
zondag 30 november 2008
zondag 23 november 2008
Chocoladen Mannekens, deel 2
Ja lap, daar gaat mijn hele redenering.
Vanmorgen stonden er 6 chocoladen mannekens bij de open haard.
Vanmorgen stonden er 6 chocoladen mannekens bij de open haard.
zaterdag 22 november 2008
Karma
Soms moet je het niet ver zoeken om interessante mensen tegen te komen.
Neem nu bijvoorbeeld de Colruyt.
Het kan natuurlijk zijn dat de Colruyt voor jou wel ver is. Dan neem ik bovenstaande woorden terug (dat je het soms niet ver moet zoeken).
Maar in mijn geval was de Colruyt vrij dichtbij. Niet naast de deur ofzo. Pak 1 km. Of iets meer of iets minder.
Op een mooie maandag reden we er met z'n drieën heen. In de auto. Dat was verantwoord, omdat we vrij veel moesten vervoeren.
Voor de deuren van de Colruyt stonden deze keer gelukkig geen Artsen zonder Grenzen te vragen of wij Artsen zonder Grenzen kenden. Tuurlijk kenden wij Artsen zonder Grenzen. Wie kent Artsen zonder Grenzen nu niet?
Maar deze keer dus gelukkig geen Artsen zonder Grenzen voor de deur.
We konden ongestoord binnenwandelen en onze 2 lege bakken en 4 kleine flesjes omruilen voor 4 papieren bonnekes (die je dan later moet afgeven aan de kassa als ze vriendelijk vragen: "kaartjes of bonnekes?").
Trouwens, hoeveel papier wordt er in de Colruyt wel niet verspild? En die kasticketten man (Kastickettenman!!!). Hoe groot zijn die wel niet?
Dat terzijde.
Onze inkopen bestonden uit een nieuwe bak bier en een fles whisky.
Eerlijk als we waren, gingen we langs de kassa alvorens buiten te gaan. En het is daar dat we een interessante mens tegenkwamen.
De mens was een man. Een man zonder naam waarschijnlijk. Maar als ik er toch een naam op zou moeten plakken, zou het denk ik "Joris" zijn.
Joris stond voor ons in de rij. Hij had slechts wat melk en wat chocolade. Misschien ging hij thuis artisanale (hihi, anale) chocomelk maken, wie weet.
Ik stond met mijn twee vrienden wat te palaveren over ditjes en datjes, niets wereldschokkend. Plots liet één van hen iets vallen. Ik weet niet meer wat. Iets onbelangrijks waarschijnlijk. Hij raapte het meteen weer op en dat was dat. Dachten we.
Bijna ogenblikkelijk liet Joris ook iets vallen.
"Bad karma", zei mijn vriend niet al te luid. Doelend op het feit dat er nu blijkbaar een soort valtrend ontstaan was.
Joris had dit gehoord en draaide zich ogenblikkelijk om.
"Wat weten jullie nu van karma?", vroeg hij, duidelijk geïrriteerd door ons spottend gebruik van het woord karma.
We antwoordden dat we waarschijnlijk niets van karma wisten. Ik durfde niet zeggen dat het waarschijnlijk bullshit is. Karma. Dat past niet in onze logische manier van denken.
Misschien was het daarom dat Joris toen vroeg wat wij studeerden (hij had scherp opgemerkt dat wij studenten waren en waarschijnlijk iets wetenschappelijks studeerden). We zeiden naar waarheid dat we voor burgerlijk ingenieur studeerden. Hij reageerde met zo'n blik van ja-dat-dacht-ik-al.
Hij draaide zich weer om en wij keken elkaar zo aan met een blik van ja-da-zal-wel-weer-zo-ne-wazige-zijn. Daar vergisten wij ons echter schromelijk! Joris was allesbehalve wazig. In klare taal maakte gij duidelijk dat binnenkort de poolkappen zouden smelten en de zee zeker tot in Leuven zou komen. En dat de oplossing niet uit de wetenschap zou komen. Maar dat de zee vroeger ook al tot in Leuven was gekomen want je kon dat zien aan het zand dat ze hier uit de bodem haalden. En dat Karma daar ook wel iets mee te maken had.
Hij ging zo nog even door en wij waren blij dat hij zijn kennis met ons, onwetenden, wilde delen. Er kwam echter snel een eind aan zijn relaas toen de kassierster luid en duidelijk vroeg: "kaartjes of bonnekes meneer?".
Joris knikte van nee, liet zijn chocolade en zijn melk scannen en betaalde. Met geld.
De kapitalist!
Neem nu bijvoorbeeld de Colruyt.
Het kan natuurlijk zijn dat de Colruyt voor jou wel ver is. Dan neem ik bovenstaande woorden terug (dat je het soms niet ver moet zoeken).
Maar in mijn geval was de Colruyt vrij dichtbij. Niet naast de deur ofzo. Pak 1 km. Of iets meer of iets minder.
Op een mooie maandag reden we er met z'n drieën heen. In de auto. Dat was verantwoord, omdat we vrij veel moesten vervoeren.
Voor de deuren van de Colruyt stonden deze keer gelukkig geen Artsen zonder Grenzen te vragen of wij Artsen zonder Grenzen kenden. Tuurlijk kenden wij Artsen zonder Grenzen. Wie kent Artsen zonder Grenzen nu niet?
Maar deze keer dus gelukkig geen Artsen zonder Grenzen voor de deur.
We konden ongestoord binnenwandelen en onze 2 lege bakken en 4 kleine flesjes omruilen voor 4 papieren bonnekes (die je dan later moet afgeven aan de kassa als ze vriendelijk vragen: "kaartjes of bonnekes?").
Trouwens, hoeveel papier wordt er in de Colruyt wel niet verspild? En die kasticketten man (Kastickettenman!!!). Hoe groot zijn die wel niet?
Dat terzijde.
Onze inkopen bestonden uit een nieuwe bak bier en een fles whisky.
Eerlijk als we waren, gingen we langs de kassa alvorens buiten te gaan. En het is daar dat we een interessante mens tegenkwamen.
De mens was een man. Een man zonder naam waarschijnlijk. Maar als ik er toch een naam op zou moeten plakken, zou het denk ik "Joris" zijn.
Joris stond voor ons in de rij. Hij had slechts wat melk en wat chocolade. Misschien ging hij thuis artisanale (hihi, anale) chocomelk maken, wie weet.
Ik stond met mijn twee vrienden wat te palaveren over ditjes en datjes, niets wereldschokkend. Plots liet één van hen iets vallen. Ik weet niet meer wat. Iets onbelangrijks waarschijnlijk. Hij raapte het meteen weer op en dat was dat. Dachten we.
Bijna ogenblikkelijk liet Joris ook iets vallen.
"Bad karma", zei mijn vriend niet al te luid. Doelend op het feit dat er nu blijkbaar een soort valtrend ontstaan was.
Joris had dit gehoord en draaide zich ogenblikkelijk om.
"Wat weten jullie nu van karma?", vroeg hij, duidelijk geïrriteerd door ons spottend gebruik van het woord karma.
We antwoordden dat we waarschijnlijk niets van karma wisten. Ik durfde niet zeggen dat het waarschijnlijk bullshit is. Karma. Dat past niet in onze logische manier van denken.
Misschien was het daarom dat Joris toen vroeg wat wij studeerden (hij had scherp opgemerkt dat wij studenten waren en waarschijnlijk iets wetenschappelijks studeerden). We zeiden naar waarheid dat we voor burgerlijk ingenieur studeerden. Hij reageerde met zo'n blik van ja-dat-dacht-ik-al.
Hij draaide zich weer om en wij keken elkaar zo aan met een blik van ja-da-zal-wel-weer-zo-ne-wazige-zijn. Daar vergisten wij ons echter schromelijk! Joris was allesbehalve wazig. In klare taal maakte gij duidelijk dat binnenkort de poolkappen zouden smelten en de zee zeker tot in Leuven zou komen. En dat de oplossing niet uit de wetenschap zou komen. Maar dat de zee vroeger ook al tot in Leuven was gekomen want je kon dat zien aan het zand dat ze hier uit de bodem haalden. En dat Karma daar ook wel iets mee te maken had.
Hij ging zo nog even door en wij waren blij dat hij zijn kennis met ons, onwetenden, wilde delen. Er kwam echter snel een eind aan zijn relaas toen de kassierster luid en duidelijk vroeg: "kaartjes of bonnekes meneer?".
Joris knikte van nee, liet zijn chocolade en zijn melk scannen en betaalde. Met geld.
De kapitalist!
zondag 16 november 2008
Chocoladen Mannekens
Men vraagt mij soms: "Maarten, hoe komt dat toch dat gij geen lief hebt?"
Meestal wimpel ik deze vraag dan af door middel van een onnozel antwoord. De waarheid is echter anders.
Het is namelijk een weloverwogen keuze. Als ik mensen hoor klagen over hun lief, dan kan ik slechts denken: "Aiai toch".
Om maar een zeer recent voorbeeld te geven:
Dezemorgen vonden mijn drie zussen en ik vier chocoladen mannekens bij de openhaard. De goede Sint Nikolaas was gepasseerd. Twee van mijn zussen hebben echter een lief. Zij moesten hun chocoladen manneken delen, met pijn in het hart.
Ik hoef mijn chocolade manneken niet te delen.
Meestal wimpel ik deze vraag dan af door middel van een onnozel antwoord. De waarheid is echter anders.
Het is namelijk een weloverwogen keuze. Als ik mensen hoor klagen over hun lief, dan kan ik slechts denken: "Aiai toch".
Om maar een zeer recent voorbeeld te geven:
Dezemorgen vonden mijn drie zussen en ik vier chocoladen mannekens bij de openhaard. De goede Sint Nikolaas was gepasseerd. Twee van mijn zussen hebben echter een lief. Zij moesten hun chocoladen manneken delen, met pijn in het hart.
Ik hoef mijn chocolade manneken niet te delen.
woensdag 5 november 2008
Stellingen
Overlaatst lag ik in mijn bed (het was net bedtijd) en ik had weer een stelling bedacht. En zoals dat bij de meeste van mijn stellingen het geval is, was ze volledig correct. Het betrof extremisme. Ik wil op het onderwerp zelf nu niet verder ingaan, maar het punt is dat hoe meer ik mijn stelling testte op haar soliditeit, hoe krachtiger ik ze vond. Voor mezelf was de stelling bewezen en dat was genoeg.
Ze was zelfs zo solide, dat ze een andere (voor mezelf reeds bewezen) stelling, nog eens bevestigde.
Het is die stelling waar ik graag verder op in wil gaan.
Het is niet evident om uit te leggen, maar ik wil graag een poging wagen, om andere stellingbedenkers misschien een bron van inspiratie te leveren. Het is een stelling die alle andere stellingen bevat (ja, zelfs die van Pythagoras).
Het is de stelling van "Een trapke hoger".
Het is een verruiming van de Ultieme Waarheid en tegelijk het bewijs van de onjuistheid daarvan. Het levert de fundamenten voor het "outside the box" denken. Wellicht zal het ook het ontstaan en de oneindigheid van het heelal verklaren. Het vervelende van de stelling is dat ze zich niet laat uitleggen. Het uitleggen ervan verzwakt de stelling namelijk. De kracht van de stelling zit hem in de manier waarop het inzicht in de stelling zich meester maakt van het gastbrein.
Ik kan dus met trots zeggen dat ik de stelling kan bevatten en voor mezelf bewijzen.
En dat is genoeg.
Ik vroeg me af of er nog mensen zijn die soms stellingen bedenken en er rotsvast van overtuigd zijn dat ze kloppen.
Ze was zelfs zo solide, dat ze een andere (voor mezelf reeds bewezen) stelling, nog eens bevestigde.
Het is die stelling waar ik graag verder op in wil gaan.
Het is niet evident om uit te leggen, maar ik wil graag een poging wagen, om andere stellingbedenkers misschien een bron van inspiratie te leveren. Het is een stelling die alle andere stellingen bevat (ja, zelfs die van Pythagoras).
Het is de stelling van "Een trapke hoger".
Het is een verruiming van de Ultieme Waarheid en tegelijk het bewijs van de onjuistheid daarvan. Het levert de fundamenten voor het "outside the box" denken. Wellicht zal het ook het ontstaan en de oneindigheid van het heelal verklaren. Het vervelende van de stelling is dat ze zich niet laat uitleggen. Het uitleggen ervan verzwakt de stelling namelijk. De kracht van de stelling zit hem in de manier waarop het inzicht in de stelling zich meester maakt van het gastbrein.
Ik kan dus met trots zeggen dat ik de stelling kan bevatten en voor mezelf bewijzen.
En dat is genoeg.
Ik vroeg me af of er nog mensen zijn die soms stellingen bedenken en er rotsvast van overtuigd zijn dat ze kloppen.
Abonneren op:
Posts (Atom)