Vooroordelen. Waar komen ze vandaan en waartoe dienen ze?
In dit schrijfsel wil ik graag een serieuze analyse koppelen aan een grappige anekdote.
Een vooroordeel is in mijn ogen een (vaak ongeoorloofde) extrapolatie van eerder opgedane ervaringen. En dit ter bescherming van het individu zelf.
Een voorbeeld: als je achtereenvolgens twee mensen een plant hebt zien eten en doodgaan, zal je snel de conclusie trekken dat de plant giftig is en zal je ze niet eten. Terwijl je eigenlijk geen oorzakelijk verband hebt kunnen aantonen. In dit geval is het vooroordeel echter onschuldig en waarschijnlijk terecht.
Een ander voorbeeld: Je hoort achtereenvolgens twee oude vrouwtjes zeggen dat hun handtas is gestolen door nen Turk. De conclusie dat alle Turken handtassen pikken is snel gemaakt. Deze extrapolatie is echter ongeoorloofd, aangezien er geen oorzakelijk verband is tussen handtassen pikken en de nationaliteit of etnische afkomst van een persoon. Dit vooroordeel lijkt op het eerste zicht misschien ook op zelfbescherming. Maar daar schuilt net het gevaar. Als je enkel gaat oppassen voor Turken, wordt je handtas misschien gepikt door een Albanees, of een Marokkaan. Een Belg zal het wel niet zijn, want Belgen pikken geen handtassen.
Met andere woorden: vooroordelen kunnen nuttig zijn om zichzelf te beschermen. Maar men moet zich altijd bewust zijn van het feit dat het inderdaad om een extrapolatie gaat. En zoals dat in de numerieke wiskunde algemeen bekend is, is een extrapolatie zeer gevaarlijk.
Zolang men dus de vooroordelen kan indentificeren, en ook uitzonderingen kan toestaan, zit men goed.
(En dan heb ik het nog niet eens gehad over het feit dat vooroordelen ook nefast zijn voor hun subjecten)
Om nu tot de grappige anekdote te komen:
Niet zo lang geleden had ik pizza besteld. Ik had gekozen voor de optie gratis levering. Aangezien ik op dat moment op Esat zat (het departement elektrotechniek), was een adresbeschrijving nogal moeilijk. Ik had dus ook mijn GSM-nummer doorgegeven, voor het geval er moeilijkheden waren.
Een halfuurtje later kreeg ik telefoon van een onbekend nummer. Ik nam op met de woorden: "hallo, met Maarten", geheel naar de waarheid.
- "U had pizza besteld?", klonk het aan de andere kant, met een heel Vlaams accent.
- "Ja, hoe weet u dat?", vroeg ik verbaasd.
Wij willen de bureaustoel!
BeantwoordenVerwijderen